Dankwoord Peter van Straaten

Dames en heren, dit wordt, naar ik hoop, een met redenen omkleed dankwoord.
Tijdens een etentje kwam ik naast een mij onbekende kunstenaar te zitten, die mij na het uitwisselen van de gebruikelijke beleefdheden op verwijtende toon begon toe te spreken. Tot zijn ergernis had hij bij het opslaan van Het Parool geconstateerd dat ik nog steeds met hetzelfde bezig was. Waarom had ik mij niet vernieuwd? Volgens zijn zeggen was het de taak van de kunstenaar om voortdurend te veranderen. Ik probeerde zwak te protesteren, waarbij ik poneerde dat ik het in de verdieping en in de verbetering zocht en niet in de verbreding. Hoe het gesprek precies verliep kan ik me niet goed herinneren, maar het eindigde ermee dat hij tot zijn spijt moest vaststellen dat ik geen kunstenaar was. ¨Precies!¨, zei ik opgelucht, ¨dan zijn we het eindelijk helemaal eens.¨ Hier eindigde ons gesprek. Hij had alle belangstelling verloren en ging ergens anders zitten en ik liet mij nog eens bijschenken, want ik had dorst gekregen.
Het is daarom dat ik zo bijzonder verheugd ben dat mij de Gouden Ganzenveer is toegekend, juist omdat ik mijn hele leven lang op hetzelfde aambeeld heb geslagen, mezelf niet heb vernieuwd, geen andere wegen ben ingeslagen en ijverig ben doorgegaan met datgene wat ik meende te moeten doen en waar ik in mijn eigen ogen het beste in was. Het vervult mij werkelijk met grote dankbaarheid dat de jury juist dat heeft weten te waarderen. Inderdaad, ik ben geen vrije kunstenaar. Ik werk in opdracht, al ben ik meestal mijn eigen opdrachtgever.

Beauty is in the eye of the beholder. Dat ik er voor kies mijzelf niet als kunstenaar te zien, heeft de jury er niet van weerhouden daar anders over te denken.
Ik ben vereerd en dankbaar en ik hoop voort te gaan over mijn eigen gebaande wegen. Dank u, dank u, dank u.

Ik heb gezegd.

Freshbits Internet Communicatie